Doom over Vienna XIII: zaterdag

Om de tijd in Wenen overdag door te brengen totdat de eerste band om 18:30 uur zal gaan beginnen, wordt er overdag maar eens een wandelingetje door het centrum gedaan en wordt ook het Hardrock Café bezocht, dat muzikaal van alles door de speakers gooit, behalve hardrock zeg maar. Te treurig voor woorden als je daar ook al met Adèle geconfronteerd wordt. Daar is een hoop doom voor nodig om dit te boven te komen.

Arctic Sea Survivors mag op zaterdag aftrappen. Deze Oostenrijkse ninja’s slagen er echter niet in om het Hardrock Café-gevoel al te boven te komen. Daarvoor is de instrumentale set met veel clean gespeelde stukken veel te post-metal georiënteerd. Saai is wellicht een beter woord. De gezichtsbedekking zorgt overigens voor een vermoedelijk onbedoeld komisch gezicht bij de brildragende gitarist. Tevens is het onhandig, als je met een ebow even een stukje gitaar gaat spelen en je moet de plectrum kwijt.

Hulde voor de andere gitarist die het desondanks toch lukt om deze plectrum niet te laten vallen. Maar zoals al gezegd wil het muzikaal nou niet echt boeien. Op deze manier duren de veertig minuten lang en is het hoog tijd om maar eens de merchandise van de bands te gaan bekijken.

Hands of Orlac is een Zweeds/Italiaans samenwerkingsverband, dat live nog een extra gitarist inhuurt. Het duurt echter lang voordat de band speelklaar is, dit heeft te maken met een vakkundig stukje onkunde rondom gitarist Emil Jansson. Er komt geen geluid uit de box en de snoeren bij de pedalen worden vervangen zonder resultaat. Wellicht is het handig om eerst eens te checken of het snoer goed in de amp is aangesloten, iets waar een aanwezige toeschouwer de technicus van dienst maar eens subtiel op wijst. Dat doet wel heel erg denken aan de bekende reclame kreet ‘Of je doet de stekker er in’. Nu het probleem verholpen is kan de band eindelijk van start gaan. Bassist The Templar heeft een grote zwarte cape om als ware hij een echter ridder en blijkt de blikvanger van de band.

Zangeres The Sorceress heeft een wat schelle stem en bespeelt af en toe de dwarsfluit, die ze soms ook als een soort van luchtgitaar bespeelt. Muzikaal krijgen we een mix tussen doom en oubollige NWOBHM, die naarmate de set vordert aan kracht blijkt in te boeten. Het Hardrock Café-gevoel is hiermee helaas nog steeds niet verdreven.

Vervolgens is het tijd voor een portie bruut geweld van The Spirit Cabinet. Met leden die actief zijn (geweest) bij bands als Zwartketterij, Grimm en Urfaust verwacht je geen portie traditionele doom. Dat blijkt ook te kloppen, we kunnen gerust spreken van een portie black metal met wat doominvloeden. Zo zingt de zich bij deze band noemende Snake Ruffkin regelmatig met een klagende cleane stem, maar gebruikt hij ook veel screams.

De doominvloeden horen we terug als de band gas terugneemt, maar dat gebeurt veel te weinig. Veel zeer snelle nummers met wat langzame breaks, alleen het laatste nummer weet op doomgebied een prima indruk achter te laten. The Spirit Cabinet is een prima band, maar met deze vooral snelle nummers is de plaatsing op een doomfestival niet voor de hand liggend.

De Denen van Woebegone Obscured brengen een mix van death/black doom. Hier ligt het tempo wel laag een krijgen we een lading knoertharde oncompromisloze muziek. Zanger D. Woe, die voorzien is van twee tepelpiercings, werkt zich grommend en krijsend door de set heen. Volgens eigen zeggen heeft hij koorts, maar dat is hem niet aan te zien, wellicht mede door de corpsepaint. Of het echter verstandig is om op te treden als je koorts hebt en dan ook nog eens zonder shirt is natuurlijk een ander verhaal.

Bij bassist K. Woe raakt zijn gitaarband los en dat levert wat komische grimassen en houdingen op, want hij blijft wel doorspelen. Gelukkig komt er snel iemand het podium op om het probleem te verhelpen en wordt het optreden zonder verdere kleerscheuren afgemaakt.

Hierna is het de beurt aan het aan Alunah uit Engeland. De nieuwe zangeres Siân Greenaway, die niet vies is van een verkleedpartijtje inclusief zware make-up, blijkt een aanwinst voor de band. Ze heeft een krachtige stem, die zowel laag als hoog goed uit de verf komt. Van de dan nog net niet uitgebrachte EP Amber & Gold worden beide nieuwe nummers gespeeld en dat doet verlangen naar meer nieuw materiaal.

Drummer Jake Mason speelt overigens met de drumstokken omgekeerd, iets dat de laatste tijd bij meer drummers valt waar te nemen. Van de albums Solennial en White Hoarhound komen ook twee nummers aan bod, waarna de koek alweer op is. De cover Wicked Game kan/mag niet meer gespeeld worden, kennelijk is er iets te veel achterstand op het speelschema. Erg jammer.

Tijd voor een potje occulte doom door de Italianen van Black Oath. Op de één of andere manier slaagt deze band er toch altijd weer in om een lekker naargeestige stemming er in te krijgen. Dit heeft alles te maken met de banners, kaarsen en wierrook op het podium, de corpsepaint, de kledingdracht en de halsketting met botten. Het is ook de enige band, die een banner over het achtergronddoek van Doom over Vienna doet. Opvallend.

Ook Black Oath heeft nog net niet een nieuw album uit en speelt daar twee nummers van, die naadloos passen tussen het al bestaande werk. Het is dus drie kwartier lang zwelgen in de wat lichtvoetige, maar toch beklemmende doom. Een prima band die het op ieder doom festival goed doet.

Afsluiter van het Festival is het Amerikaanse trio Castle. De band begint met vier nieuwe nummers van het dit jaar uitgebrachte album Deal Thy Fate, om vervolgens alleen nog ouder werk te spelen. Zangeres/bassiste Elizabeth Blackwell en gitarist Mat Davis hebben er veel zin in en geven een energieke show, drummer Al McCartney trekt de gekste bekken.

Echter, de vraag waarom deze band op een doomfestival staat dringt zich gaandeweg de set steeds meer op, want wat we voorgeschoteld krijgen is een portie oldschool-achtige metal, met ook nog eens diverse snellere nummers. Zeker niet slecht, maar doom is er nagenoeg niet in te bekennen. Helaas toch een beetje een anti-climax van Doom over Vienna, maar er zijn in de zaal voldoende mensen te vinden die dit allemaal wel best vinden.

Terugkijkend op de dertiende editie kan gesteld worden, dat we op de vrijdag een perfecte dag hebben gehad, met allemaal min of meer traditionele doombands. De zaterdag vloog alle kanten op en ook wel eens uit de bocht. Wellicht een aandachtspuntje voor de veertiende editie, die er ongetwijfeld volgend jaar zal komen.

Foto’s:

Vitus-Frank

Datum en Locatie:

10 november 2018, Viper Room, Wenen

Links: