Roadburn 2016: donderdag

Roadburn 2016: donderdag
013, 14 april 2016

Zo is de kop eraf met Frank’s relaas over het opwarmfeestje, maar het echte Roadburn begint natuurlijk op de donderdag.

Er is een en ander veranderd sinds vorig jaar, met natuurlijk als grootste aanpassing de 013 zelf. De grote zaal is fiks uitgebreid en daarnaast is ook de Green Room qua grootte en bereikbaarheid aangepakt en de Bat Cave is dientengevolge gesneuveld. Hiervoor in de plaats is een tweede “kroegpodium” gevonden in de vorm van Extase, dat redelijk dicht in de buurt van de hoofdzaal ligt.
Nou is de uitbreiding van beide zalen natuurlijk vooral goed nieuws: de mainstage kan nog duizend extra bezoekers kwijt, er zijn meer ingangen en ook de Green Room is groter en veel beter bereikbaar geworden. Nadeel is dat er hierdoor veel meer kaarten verkocht zijn en dit heeft uiteraard gevolgen voor de kleinere “buiten” zalen. Nóg langere rijen en dus nóg eerder keuzes maken, oftewel veel geduld hebben en vooral in de kleine zaaltjes de omstandigheden accepteren. Velen kiezen er dan ook voor om het te houden bij de drie hoofdzalen en daar is wel begrip voor op te brengen.

Buiten naast het merchgebouw is er voor het eerst een ware foodmarket te vinden met een verscheidenheid aan warme happen. Goed geregeld, want nu zijn uitstapjes naar de nabijgelegen eetgelegenheden niet per se noodzakelijk meer.

Roadburn2016

Maar goed, tot zover de praktische zaken, muzikaal zal ook deze 21ste editie van Roadburn er weer eentje worden die niet snel vergeten zal gaan worden. Er staan behoorlijk wat specialiteiten op het programma, waaronder integrale albumshows van Paradise Lost, Converge, Cult of Luna, Green Carnation en MisÞyrming. Daarnaast komt Neurosis hier zijn 30-jarig jubileum vieren middels twee shows van in totaal vier uur(!) en geven o.a. Converge (Blood Moon, met o.a. Chelsea Wolfe), MisÞyrming (Ulfsmessa) en niemand minder dan Diamanda Galas zeer speciale shows weg.
Genoeg voer dus weer om verslag van te doen en gelukkig is Zware Metalen dit keer op volle oorlogssterkte aanwezig. Wouter Kooy (WK), Vitus Frank (VF), Usurperofthetyrants (UT), Pim Kastelein (Pim), gastschrijfster Linda, “oudgedienden” Willem van Tuijl (WT) en bovengetekende (RL) hebben geprobeerd een zo compleet mogelijk verhaal te maken van een weekend vol hoogtepunten en wellicht ook wat dieptepunten. Beginnend natuurlijk met dag 1.

Met dank aan collega Vitus Frank voor de foto’s, welke hier en daar zijn aangevuld met wat smartphonekiekjes van de schrijvers; hier zullen in een later stadium nog foto’s aan toegevoegd worden van een externe fotograaf. Doordat hier wat vertraging is opgetreden, hebben we besloten om de verslagen alvast online te zetten.

Roadburn 2016: donderdag

RB16_thursday

Als ik donderdagmiddag aankom bij Het Patronaat om de eerste band van Roadburn mee te pakken, is het een prima weertje. The Poisoned Glass heeft daar echter geen boodschap aan en weet bij de soundcheck al de nodige trommelvliezen open te rijten. Als de inktzwarte doom (/drone?) dan uiteindelijk losbarst, blijkt het een interessante keuze te zijn om het festival mee te openen. The Poisoned Glass is een van de meest zwartgallige bands die dit weekend speelt en maakt live de atmosfeer van de opnames meer dan waar. De passende projecties (zoals we inmiddels eigenlijk wel gewend zijn van Roadburn) spelen daar niet de minste rol in: storende beelden uit lang vergeten horrorfilms wasemen de beklemmende atmosfeer van de muziek uit. De zaal vult zich langzaam met festivalgangers, maar vooral achterin de zaal stroomt het aardig door, wat zorgt voor wat rumoer (al is dat amper boven de dreunende tonen uit te horen). Enige nadeel aan het optreden is de locatie: die is perfect, van het sfeervolle decor tot die hoge glas-in-lood ramen, ware het niet dat het zonlicht binnenvalt door diezelfde ramen. Deze band was veel beter tot zijn recht gekomen in de donkere setting, om de grimmigheid van de muziek te onderstrepen. (UT)

Een betere Roadburn-start kun je je bijna niet wensen. Het hoofdpodium trapt af met de huidige meesters van de post-metal en dan spelen ze ook nog eens hun magnum
opus. Cult of Luna‘s Somewhere Along the Highway was tien jaar terug een instant klassieker
en de plaat staat precies tien jaar later wat mij betreft nog eenzaam bovenaan in dit subgenre. Helaas ben ik door een trage, niet de weg kennende taxichauffeuriets verlaat bij 013, wat ervoor zorgt dat ik tien minuten na aanvang van de show pas binnenwandel. Finland is inmiddels halverwege en ondanks mijn niet geweldig strategische plek achterin de zaal (alhoewel de bar was dichtbij…), word ik meteen goed de muziek ingezogen. Zoals altijd speelt de band weer als een machine zo strak en professioneel, zonder dat er iets van de intensiteit verloren gaat. De band gaat los tijdens de climaxen en trekt zich stemmig terug tijdens de rustpassages. Wat ook wel eens gezegd mag worden: de lichtshow doet ook fantastisch zijn werk. Het kleurgebruik wordt goed aangepast aan de stemming die op dat moment muzikaal van toepassing is, van rustgevend en donker tot spectaculair en bloedrood tijdens de climax van Dark City, Dead Man, iets wat een geweldige boost geeft aan de beleving van de muziek. Ja, Cult of Luna zorgt meteen voor een hoogtepunt van deze nog zo prille editie van Roadburn. (RL)

Inverloch
Cult of Luna opent de main stage maar mijn voorkeur ligt bij de reïncarnatie van dISEMBOWELMENT in de vorm van Inverloch. Deze heren zijn de opener op de vernieuwde en grotere green room. Op het laatste moment stapte de zanger op waardoor de heren hier aantreden met een vervanger. De keuze is gevallen op Arne Vandenhoeck van Marche Funèbre die voor dit optreden welgeteld één keer heeft kunnen oefenen. Tijdens de eerste nummers is het voor mij even wennen aan het stemgeluid ook omdat dit iets anders in de mix staat dan de diepe putgrunt op lp. Ondanks dit verschil komt het optreden heel goed uit de verf en is de verpletterende death doom combi van de heren een heerlijk begin van deze editie. Uiteraard bestaat het leeuwendeel uit de nummers van het album en de EP maar er is zelfs nog ruimte voor een nieuwe track. Ook deze sluit perfect aan en wat mij betreft mag het volgende album dan ook snel komen. Hopelijk is deze reïncarnatie een productiever leven beschoren. (WK)

Terwijl Inverloch vrolijk verder gaat en de kleine zaal de vernieling in helpt, begeef ik me naar Der Blutharsch And The Infinite Church Of The Leading Hand om tijdens deze editie van Roadburn voor het eerst even deze aardkloot te ontstijgen. Gelukkig krijg ik waar ik op heb gehoopt, want de band laat de ene psychedelische jam de andere opvolgen. De vocalen kunnen niet door iedereen gewaardeerd worden, maar zijn wat mij betreft een passend element in de puzzel die Der Blutharsch heet. De band is niet bang om er op los te rammen en keert dus regelmatig terug naar de aarde om even flink los te gaan. Helaas is die dynamiek niet altijd even geslaagd en weet de band de trip niet overal even goed op gang te houden. Dat mag echter een kleine aantekening zijn bij wat verder een prima show is. (UT)

Het Parijse Hangman’s Chair kwam afgelopen jaar met een erg bijzonder album op de proppen. This Is Not Supposed To Be Positive bewandelt paden die zich ergens tussen loodzware stonerdoom en grunge bevinden en de band weet dit bovenal om te zetten in erg goede songs met sterke, originele zangpartijen. Redelijk op tijd loop ik dus naar Extase om de band aan het werk te kunnen zien. Helaas blijkt tien minuten te vroeg niet voldoende en moet ik het dus doen met een plekje achterin, wat niet echt bevordelijk is voor de visuele en geluidstechnische beleving. Het komt er op neer dat de voorste honderd man een goed plekje hebben, daarachter wordt door bouwtechnische redenen de akoestiek en het zicht om zeep geholpen en moet je het doen met doffe klanken en tv-beelden. Ik besluit een biertje aan de bar te doen en een paar nummers mee te pikken, maar echt genietbaar wordt het op deze manier natuurlijk nauwelijks. Aan de band ligt het overigens niet, die leggen de zware riffs vakkundig over het publiek en zanger Cédric Toufouti is ook live ook goed bij stem. Halverwege de set besluit ik richting Green Room te gaan alwaar Usnea zijn opwachting maakt. Gelukkig volgt er komende oktober een herkansing, wanneer de band op Into the Void in Leeuwarden zal staan. [RL]

RBdonderdagTheSkull

Klokslag 17.20 uur is het de beurt aan The Skull, dat zich gisterenavond al warm mocht spelen in Cul de Sac. De band blijkt voor de grote zaal een geval van te klein voor het tafellaken, te groot voor het servet. De zaal is voor iets meer dan de helft gevuld. Met materiaal van Trouble uit de jaren negentig, waar zanger Eric Wagner en bassist Ron Holzner indertijd in die band speelden en eigen materiaal, dat er naadloos op aansluit, is het voor de aanwezigen wel aangenaam vertoeven. Old school doom met de nodige up-tempo momenten. Zanger Eric steekt ook hier weer een peuk op het podium op en loopt er heel ontspannen bij. Hij heeft duidelijk het plezier in het live spelen weer terug. Minder duidelijk is het einde van diverse songs. Er wordt wel tegelijk geëindigd, maar de manier waarop roept zo af en toe wel wat vraagtekens op. The Skull maakte tijdens de tour in februari een wat strakkere indruk.(VF)

Usnea

De vernieuwde green room is voor mij voorlopig nog even ”the place to be” want ook Usnea doet deze ruimte aan. Het Amerikaanse viertal speelt vol overtuiging maar wel vrij statisch. Met slechts een handvol nummers wordt dit kleine uurtje gevuld en als je er goed en wel inzit is de tijd helaas alweer voorbij. Ook deze heren weten hoe ze een naargeestige sfeer neer moeten zetten maar blijven helaas niet enorm hangen tussen het geweld van sommige andere toppers. (WK)

RBdonderdagEpitaph

Tijd voor een sprint vanuit de grote zaal naar locatie Extase, alwaar het Italiaanse doomgezelschap Epitaph gaat spelen. Wonder boven wonder kan ik nog terecht en maak een geweldig optreden mee. Waar ik bij de bespreking van het debuutalbum Crawling Out of the Crypt nogal kritisch was over de vocalen, blijkt dit live wel te verteren, mede ook door de podiumpresentatie van zanger Emiliano Cioffi. Als een ontsnapte psychiatrisch patiënt, waar zelf het Pieter Baan Centrum zich geen raad mee zou weten, struint hij over het podium. Gekke bekken trekkend en met de meest vreemde voorwerpen bezig zijn geven de band live nog een extra zetje, naast de sterke pot doom die de heren spelen. Dat dit strak blijft gebeuren maag een klein wonder zijn, want de overige bandleden blijven ook niet gevrijwaard van de fratsen van Emiliano. Een zeer onderhoudend optreden, achteraf bekeken het hoogtepunt van mijn Roadburn op donderdag.(VF)

Naar het optreden van Hexvessel was ik erg benieuwd dit jaar. In zowel 2012 en 2013 heb ik de band in Het Patronaat mogen aanschouwen en ik was dan ook erg benieuwd naar de uitvoering op het grote podium, zeker na de ingrijpende verbouwing van de 013. Hexvessel heeft met When We Are Death weer een prima album uit, dat misschien even wat tijd nodig had om te wennen, maar uiteindelijk weer vol staat met psychedelische folkdeuntjes. Muzikaal is er niets aan te merken op het optreden, dat de nadruk legt op dat laatste album. Op zich jammer, want ik vind de eerste twee platen fantastisch, maar wel begrijpelijk. Daarnaast is het leuk om te zien en horen dat ook die nieuwe nummers live uitstekend werken. De band laat zien dat het hoofdpodium toch echt het domein is voor de psychedelische folk, zeker met de poppy vibe van het nieuwe werk. Het geluid in de grote zaal werkt hierin mee, want dat is fenomenaal: alles is mooi uitgebalanceerd en daarmee komt de grandeur van de muziek tot zijn recht. Wat ik wel jammer vind, is dat de band (lees: frontman Matt McNerney) wel erg gimmicky te werk gaat met zijn capeje. Zonde, want dat vond ik juist het fijne aan die eerdere shows: het was theatraal, maar de nadruk lag op de boodschap van de muziek. (UT)

Na platgewalst te zijn door Usnea begeef ik me weer in de Green Room voor de volgende dosis chaos. Ditmaal is het de beurt aan Full of Hell, dat ik vooral ken van de twee solo-platen Rudiments of Mutilation en Roots of Earth are Consuming My Home. Recentelijk is de groep gaan samenwerken met andere bekende acts zoals Merzbow en The Body. Deze platen vergaarden positieve reacties, maar ikzelf ben toch voornamelijk fan van de groovende powerviolence van de eerste albums. Het doet me dan ook een beetje pijn om dit viertal vandaag op de planken te zien. Waar frontman Dylan Walker voorheen met angstaanjagend opengesperde ogen het publiek bedwong, beweegt hij zich vandaag een stuk ingetogener. Energiek, dat wel, maar een stuk minder maniacaal. Waar het imago en geluid voorheen dichter lag bij bands zoals Weekend Nachos en Man Is The Bastard, hebben de nieuwe noise-elementen van Merzbow ervoor gezorgd dat de band op het podium eerder lijkt op een goedkope porno-grind band, zeker wanneer je de geprojecteerde afbeeldingen achter de drummer bekijkt.

Gewauwel over het “imago” van Full of Hell is natuurlijk volkomen onnodig wanneer de muziek goed klinkt. Dat is vandaag echter niet echt het geval. Het totaalgeluid lijkt volledig samen te smelten tot een basserige brij waarbinnen alleen de blastbeasts en tempowisselingen merkbaar zijn. Dit staat juist in scherp contrast met de helderheid waarmee de samenwerking met Merzbow is opgenomen. Laat nu net van die plaat de meeste nummers gespeeld worden: ik herken Thrum In The Deep, Humming Miter, Gordian Knot, en Burst Synapse. Tussen de grinderige nummers door wordt wat nietszeggende noise door de zanger gebracht, hetgeen de flow van het optreden niet ten goede komt. Daarnaast lijkt nauwelijks iets terug te komen van de samenwerking met The Body. Dit bij elkaar opgeteld zorgt voor een onbevredigend concert, want met een helderder geluid zal Full of Hell beter uit de verf komen. (Pim)

Met het Finse Oranssi Pazuzu staat mijn eerste band in het patronaat op het programma. Omdat ik al wat drukte had verwacht besluit ik op tijd die richting in te gaan. Echter zelfs twintig minuten van te voren staat er al een enorme rij voor de deur waardoor ik het eerste nummer helaas moet missen. Gelukkig kan ik het grootste gedeelte van de show wel zien en wat ben ik daar blij om. De psychedelische black betovert en hypnotiseert direct. Ook van het nieuwste album komen er voorbij waaronder het laatste nummer van de setlist wat mij heel erg gelukkig maakt, zeker gezien het feit dat de nieuwste plaat in mijn top drie van dit jaar staat. Helaas kan ik door de drukte de verrichtingen op het podium niet zien maar wat boeit dat als de muziek zo hypnotiserend is. Voor mij is dit direct een hoogtepunt van deze editie ondanks dat dit pas de eerste dag is. (WK)

RBBANGdond

Een van de bands waar ik dit festival het meest naar uitkeek, is het Amerikaanse Bang. Het zelfgetitelde debuut van de band is een ware cultklassieker en heeft de nodige bands beïnvloed die ieder jaar op Roadburn spelen. De band kwam weer bij elkaar na tientallen jaren verloren gewaand te zijn en speelt nu voor het eerst sinds het ontstaan van de band in 1969 in Europa. Dit had de allereerste show buiten de Verenigde Staten moeten zijn, maar uiteindelijk was de band ook onderdeel van de pre-party in de Hardrock Hideout. Dat mag de pret geenszins drukken en ik blij te kunnen vermelden dat Bang in topvorm is. Er wordt door een set van veelal klassiekers geraasd en dit komt alleen maar meer tot recht door het feit dat het publiek alle nummers van voor naar achter kent. De band heeft er zichtbaar plezier in en levert een van de meest enthousiaste optredens van het festival. Originele leden Frank Ferrara en Frankie Gilcken worden bijgestaan door drummer Jake Leger, die het, ondanks dat hij de vorige avond wat te hard gefeest lijkt te hebben, goed doet. Een memorabel optreden, zoals er ongetwijfeld nog veel zullen volgen deze editie. (UT)

Disclaimer 1: Converge is mijn favoriete band ooit. Disclaimer 2: Jane Doe is mijn favoriete album ooit. Zo, nu dat uit de weg is, hoef ik me geen zorgen meer te maken over of ik een gebalanceerd verslag schrijf van dit optreden. Converge speelt vandaag het beste album aller tijden van begin tot eind, en doet dat voor de eerste keer in vijftien jaar. Wat meer is er te zeggen? De enorm intense, complexe, en chaotische muziek die op de Jane Doe-schijf staat, sloeg destijds in als een bom en heeft in de loop der jaren niets aan urgentie verloren. Integendeel. Het iconische artwork van de onbekende dame staat in het collectieve geheugen van de hardcore-scene gegrift en vandaag kijkt Jane neer op band en publiek vanuit de backdrop op het podium.

Converge

Vanaf de eerste minuut wordt het zwart voor de ogen dankzij het venijnige Concubine, dat daarna fantastisch doorrolt in Fault And Fracture (wat live bijna nooit gespeeld wordt). Met deze energieke start kan het viertal op een enthousiaste publieksreactie rekenen. Dat de heren op het hoofdpodium staan resulteert in een even zo grote moshpit en een enkeling waagt zich aan een dansje in de vorm van een two step. Met het groovende Homewrecker en het maniacale Bitter And Then Some krijgen de aanwezigen nauwelijks tijd om adem te halen. Converge raast als een bezetene door het te spelen album. Zoals gewoonlijk levert zanger Jacob Bannon een energiek aandeel, terwijl slagman Ben Koller al headbangend de complexe polyritmes voor lief neemt. Het geluid staat kraakhelder afgesteld (en helaas ietwat zacht), waardoor het klinkt alsof het album in de woonkamer op de platenspeler ligt te draaien.

Converge

Naarmate het einde van de set aanbreekt, voegt gitarist Stephen Brodsky zich bij de band (die zelf een tijdje in Converge heeft gezeten, maar bekender is van Cave-In en Mutoid Man). Met twee gitaristen barst het Jane Doe-album pas echt compleet open. Wat is het fantastisch om Phoenix In Flight aan te horen terwijl de ene gitaar de hypnotiserende gitaarlijn op de achtergrond speelt en gitarist Kurt Ballou op de voorgrond de onheilspellende riff introduceert. Wanneer beide gitaren overgaan op de climactische beukriff springen de tranen haast in mijn ogen. Godverdomme, wat mooi. Het hoogtepunt blijft echter toch de afsluiter Jane Doe, het langgerekte magnum opus. Van de valse zang van Jacob Bannon tot de tweede gitaarlijn van Stephen Brodsky: deze uitvoering klinkt werkelijkwaar fenomenaal. Na afloop sta ik met een leeg gevoel geparalyseerd voor het podium. Terwijl de mensen om me heen snel weglopen om de volgende gave band te bekijken, blijf ik aan de grond genageld en staar ik Jane diep in de ogen. Waarom zou ik nog naar een ander optreden gaan kijken dit weekend? Mijn leven is compleet. (Pim)

RBGomer400

Bands in het stonergenre worden de laatste jaren weggezet in de kleine zalen. Zo ook onze Nederlandse trots Gomer Pyle, dat in een volgelopen Cul de Sac moet spelen. De band staat regelmatig op non-actief, maar heeft er na een pauze van zo’n vier jaar weer duidelijk zin. Zonder overbodige fratsen of communicatie ploegt de band zich op indrukwekkende wijze door de setlist heen. Lekker lompe stonerrock met zo hier en daar nog een flardje aan grunge invloeden. Hoogtepunt van de set is de opzwepende afsluiter Diesel. Dat Gomer Pyle de komende tijd maar blijft spelen, zou ik zeggen!(VF)

Alsof een dag waarop Inverloch en Usnea nog niet genoeg leven uit je zou persen komt ook The Body nog om de hoek kijken. Dit tweetal Amerikanen met een grote vriendelijke reus op gitaar en effecten laat alle vrolijkheid verdwijnen gelijk de titel van het laatste album, No One Deserves Hapiness, hoewel ik daar eerlijk gezegd niet direct iets van heb horen langs komen. Misschien was dat album ook net een tikje te vrolijk voor deze happening en werden we daarom bestookt met ander sonisch geweld. Nu heeft de band dan ook meer dan genoeg materiaal om uit te putten en wisten ze een enorm vol geluid te produceren waar menig band jaloers op mag zijn. (WK)

RBdonderdagPL

Om op Roadburn te mogen spelen worden artiesten regelmatig uitgedaagd, zo ook in het geval van Paradise Lost. Het is immers 25 jaar geleden, dat het tweede album Gothic uitkwam. Vanavond daarom de integrale uitvoering hiervan. Dus songs die de band al jaren niet meer heeft gespeeld, alsmede nummers die nog nooit live zijn gespeeld. Paradise Lost draait hier de hand niet voor om. De songs worden strak gespeeld en zelfs leadgitarist Gregor Mackintosh lijkt het wel leuk te vinden. De grunt van zanger Nick Holmes is niet meer zo diep als vroeger, maar nog zeer acceptabel. Wel jammer dat hij een karaoke show weggeeft, tussen de vier monitoren die voor hem staan is onder een handdoek een autocue verborgen. Aangezien het album Gothic slecht een speelduur van 38 minuten kent, worden er nog wat andere oude Paradise Lost nummers van stal gehaald, waaronder het nog altijd populaire Pity the Sadness en het obligate As I Die, dat voor de verandering nu eens wel enthousiast gespeeld wordt.(VF)

Terwijl Paradise Lost in de grote zaal aan het spelen is, besluit ik voor de afwisseling het Patronaat binnen te lopen. Die altijd zo eindeloze rij is toch verdwenen,
het lijkt alsof alle Roadburners Gothic willen zien. Ondertussen heb ik te horen gekregen dat er in het Patronaat een cocktailbar te vinden is, dus een prima
gelegenheid om een nieuwe band te ontdekken. Wanneer ik de zaal binnen loop voelt het meteen alsof ik met de trap omhoog opeens terecht ben gekomen in een duistere
kolk richting de onderwereld.
Hell staat niet alleen op het podium, maar zet een sfeer neer waarin ze met krachtige bastonen het publiek met zich mee sleuren.
Deze band, die zichzelf beschrijft als ‘extreme funeral doom’, speelt de hele set op een bloedrood verlicht podium. Tussen de rookdampen op de achtergrond illustraties
van, jawel, de hel in Dante’s Inferno, gemaakt door Gustave Dore. Wie? Ja, die 19e eeuwse kunstenaar waarvan bijna niemand de naam kent, maar die wel regelmatig opduikt
op albumcovers, waaronder CandlemassTales of Creation. Een prachtige toevoeging die het plaatje helemaal compleet maakt; sfeer, licht, geluid, alles
klopt tot in de details.

Tussen de nummers door is er vaak een korte adempauze op het podium, tot er een rustige gitaarriff wordt ingezet. Iets wat misschien nog wel echt op een begrafenis gespeeld zou kunnen worden. Na enkele minuten verschijnt er een vioolspeelster die nog meer bij draagt aan de duistere melancholiek waar ik me tussen bevind. Net op het moment dat het lijkt alsof er geen climax meer gaat komen blaast een onverwachte stortvloed van zware bas- en gitaargeluiden de cocktail bijna uit mijn hand. Terwijl de zanger demonische geluiden maakt en de gitarist en bassist een competitie zwaar-zwaarder-zwaarst lijken te hebben, kringelt het vioolgeluid met de rook mee vanaf het podium de zaal in. De afwisselingen tussen lichte, verdrietige intro’s en heftige stukken die het woord ‘extreme’ in extreme funeral doom verklaren gaat niet vervelen. Laat alle andere Roadburners maar dwalen bij Paradise Lost, met Hell vermaak ik mij prima hier. (Linda)

Omdat ik de show van Paradise Lost persoonlijk nogal saai vind (ik ben ook geen fan van het eerste uur), wandel ik richting Green Room waar
Behold! The Monolith inmiddels aan zijn set begonnen is.
De stampende sludge gaat er best lekker in, maar na vijf minuten krijg ik al tien verschillende riffs en tempo’s om mijn oren, van zware doom tot thrash tot
Mastodon-achtige licks, waardoor ik het idee krijg dat het niet helemaal duidelijk is welke kant de mannen op willen. Misschien heb ik vetste van de show gemist, maar omdat
er een fijne funeral doomband in Het Patronaat speelt (zie boven), besluit ik om daar even een kijkje te nemen. (RL)

RBAG

Na een dagje bruut bruter bruutst nog even op naar het Patronaat waar ik Hell even beluister vanuit een luie zetel voordat Abysmal Grief begint. Niet te lang geleden hebben deze Italianen met Strange Rites Of Evil nog een uitstekend album uitgebracht en ik ben dan ook benieuwd of ze live weten te overtuigen. Ze beginnen echter met een heel slechte start voor dit publiek door gewoon een kwartier te laat te beginnen wat niet overal in goede aarde valt. Uiteindelijk trappen de heren dan af met de markante voorman achter zijn keyboard middenvoor in een rituele setting om de horror sfeer van de muziek visuele kracht bij te zetten. Wat mij helaas nu voor de tweede keer bij deze band opvalt is dat hetgeen op plaat gebracht wordt live niet uit de verf komt. Het theater is wat mij betreft allemaal net teveel over de top en het geluid niet goed uitgebalanceerd waardoor het niet prettig luisteren is. Dit is voor mij voldoende reden om er halverwege de brui aan te geven om met nog drie dagen in het vooruitzicht wat slaap te pakken. (WK)

Roadburn in een notendop: je eerst aan de cocktailbar overgeven een groot glas Mojito (tenminste zoiets was het…) en wat on-the-house-tequila shots
met op de achtergrond de dreigende horrorklanken van Abysmal Grief, om vervolgens de omslag te maken naar de subtiele, progressieve, classic stonerrock van
Black Mountain op de mainstage. De band weet eigenlijk als geen ander de sound van legendes als
Led Zeppelin en Pink Floyd om te zetten in een modernere rocksound. Maar daarnaast kan de band ook verrassend heavy
uit de hoek komen en vloeien de spacey psychedelische sferen constant onder de muziek door. En als je daar de fantastische vocale prestaties bij optelt van
Amber Webber en Stephen McBean, dan begrijp je eigenlijk niet dat deze band niet veel groter is dan dat het nu is. Maar misschien maakt dat het juist zo mooi.
Schitterende afsluiter van de dag! (RL)

Voor mij wordt de avond afgesloten door Abyssion, dat alle psychedelische blackmetalwaanzin die het op de albums vertoont, waarmaakt. De rare Finnen, onder leiding van Jose Rossi, houden gedurende een heel uur het publiek in een absurde trance, terwijl ze op haast rituele wijze door hun set marcheren. Het constante gebulder en geschreeuw van frontman Rossi zorgt voor een komisch aspect bij het optreden, wat alleen maar versterkt wordt door zijn geouwehoer tussen de nummers door. Alles in het Fins, behalve iedere keer weer die twee Engelse woorden die de sfeer en het optreden zo goed samenvatten: “Let’s go!”. Er wordt het nodige van het nieuwste album Luonnon harmonia ja vihreä liekki gespeeld, waar ik in ieder geval heel blij mee ben, gezien de uitermate trippy atmosfeer van die plaat. Een prima uitsmijter van de eerste dag, alleen moet ik er voor volgende keer wel erg in houden dat ik mijn zonnebril meeneem naar Abyssion. (UT)

Links: