In Baroeg openen de poorten van de hel

Kent u dat, dat gevoel van plezier en verlangen naar een concert omdat u weet dat het goed gaat worden? Zware Metalen-trio Ghostwriter, Black Swan en Ruben Verheul hadden al wekenlang vlinders in de buik bij de gedachte aan een duister dagje Baroeg in Rotterdam. Uit alle hoeken en winstreken kwamen daar 11 november vijf bands samen die van zwartgalligheid hun kenmerk hebben gemaakt. De eerste twee ZM’ers verdeelden de bands voor een review, de derde schoot plaatjes.

Wrang

Hoewel aan de late kant aanwezig, blijft er nog genoeg tijd over om Wrang te beoordelen. De nog jonge band staat op het punt debuutplaat Domstad Swart Metael uit te brengen, maar de bandleden hebben al ruime ervaring in Grafjammer, Weltschmerz, Iron Harvest en nog een hele rits bands. Het geluid in Baroeg staat schel, maar dat past prima bij de thrashy black metal van de Utrechtse band, die met Galgenvot een zanger binnenboord heeft die weet wat ‘ie doet. We horen een fijne krijsgrunt, afgewisseld met ijselijke doodskreten die over afwisselende nummers worden uitgestort. Al met al een muzikaal fraai geheel, dit Wrang. Alle redenen om vol verachting te wachten op het eerste echte werkstuk. (G)

Wrang

Uw redacteur van dienst weet het nog goed. Tijdens Netherlands Deathfest III eerder dit jaar mocht het Friese Kjeld zich plotseling laven aan een enorme belangstelling (en terecht). De animo was zelfs zo groot dat er pas ergens halverwege het optreden een plekje vrijkwam en ze van de strenge suppoost de Patronaatzaal in Tilburg mocht betreden. Om ergens helemaal achterin de zaal een glimp op te kunnen vangen van het duistere ritueel dat zich op dat moment voltrok op het podium.

Kjeld

Vandaag sta ik gelukkig vanaf de prille start eerste rang in onze vertrouwde Rotterdamse blackmetalhuiskamer. De mannen van Kjeld beginnen hun set met Gerlofs Donia van album Skym (2015). De sfeer zit er meteen goed in, de rookmachine draait op volle toeren en de Friezen gaan op in zang en muziek. Gjin Ferjouwing volgt en daarna Betsjoend. De black van Kjeld is fel, maar met oog voor oorstrelende details en effecten, zoals plotseling een subtiele melodielijn die door al dat zwarte geweld priemt. Alsof de moerasnimfen nooit ver weg zijn. De mist rond de bandleden trekt steeds verder op en we luisteren in opperste concentratie naar de drie nummers van de laatste EP Banier fan Frisia. Eén van de leadgitaren valt kort weg, het snoer raakt even uit de microfoon en is een korte instructie richting de technische man omdat de samples niet goed te horen zijn op het podium. Het is allemaal geen reden om de magie te verbreken. Na Keningsein worden we nog getrakteerd op het titelnummer van de nieuwe langspeler, Ôfstan genaamd. En dat uitkomen van het tweede album is een gebeurtenis om naar uit te kijken, zo te horen. (BS)

Kjeld

Waar de twee voorgaande bands nog wel aandacht hadden voor melodie, gaat Dodecahedron als een stoomwals met turboinjectiemotor tekeer. De basis van de muziek van de Tilburgers is van het kaliber loodzwaar met daaroverheen de schreeuwgrunt van W. van der Voort. Een magische toverformule die al heeft geleid tot twee juichend ontvangen albums. Met een nummer als Hexahedron – Tilling the Human Soil, van het tweede album Kwintessens, doet de band serieuze pogingen het cement tussen de stenen van Baroeg vandaan te spelen.

Dodecahedron

De muziek van het gezelschap laat zich eigenlijk nauwelijks omschrijven. Misschien alleen als de soundtrack die klinkt bij het openen van de poorten van de hel, waarbij Van der Voort in zijn eentje het gekrijs van al Satan’s demonen verzorgt. Zijn kompanen op instrumenten zorgen voor de perfecte muzikale omlijsting door oerdegelijk hun stukken te spelen. Samengevoegd zorgt dat voor een intense post-blackmetalervaring. Dodecahedron weet namelijk onder je huid te kruipen, als een virus die zich tussen de weke delen tussen je oren vestigt en vervolgens besluit dat het daar erg prettig toeven is. Daarbij is het heerlijk gevarieerde basspel van Y. Terwisscha van Scheltinga van levensbelang voor de band. Zelfs de instrumentale intermezzo’s tussen de harde (lees: allesverwoestende) stukken door, werken bevreemdend bij deze band van wereldklasse. Na drie kwartier komt er een even fraai als veel te snel einde aan een fenomenaal optreden van een band die een veel groter publiek verdient. (G)

Dodecahedron

Nog meer moois. Auðn heeft thuisbasis IJsland verlaten voor een tour door Europa als co-headliner samen met The Great Old Ones. Het opvallend netjes geklede gezelschap is actief sinds 2010 en heeft inmiddels twee langspelers op zijn naam staan. De directie betekenis van de IJslandse teksten zal veruit de meeste van de aanwezigen helaas grotendeels ontgaan, maar de oerkrachten, depressie en vergankelijkheid zijn hoe dan ook voelbaar en geladen met betekenis. De ruige IJslandse vlakten en desolaatheid worden niet in de laatste plaats weerspiegeld door het extreem rauwe stemgeluid van Hjalti Sveinsson. Het zijn vijftig minuten atmosferisch geladen black metal die letterlijk omvliegen. Het publiek staat ademloos te luisteren, sommigen headbangen een stevig potje mee. Wat een schoonheid op een doorsnee zondagavond met dank aan Auðn. (BS)

Auðn

Als afsluiter van deze zondag vol kwaliteit is The Great Old Ones van stal gehaald. Gekleed in monnikspij-achtige jassen mogen de Fransen een slotakkoord breien aan deze dag vol kwaliteit. En dat lukt. Met verve. Baroeg raakt gevuld met rook, stroboscopen en het massale geluid van The Great Old Ones, die net als alle voorgaande bands het publiek oppakt en meeneemt op een reis naar nergens in het bijzonder maar wel weg van hier. Het is woest, het is furieus, het is melodieus maar het is ook kiezelhard. Benjamin Guerry (de enige echte Old One in het gezelschap: de rest is pas later bij de band gekomen) is zeker vergeleken met zijn collega’s vandaag niet de beste zanger, maar zijn hese stemgeluid past goed bij de gruizige muziek.

Auðn

The Great Old Ones speelt gruwelijk strak en weer fraai te wisselen tussen snellere en langzamere stukken, waarbij iedere plotselinge overgang van langzaam naar snel geslaagd is en als een uppercut binnenkomt. Een machtig nummer als Antarctica bijvoorbeeld, wordt adembenemend uitgevoerd. De Franse band haalt vanavond een bijna beangstigend hoog niveau en zorgt er samen met de orkesten eerder voor dat hier een zondag ontstaat die tot een van de betere van de eeuw mag worden gerekend.

The Great Old Ones

De perfectie die The Great Old Ones haalt is bijna niet te beschrijven. Alles klopt vanavond, behalve de speeltijd, die zo’n zes uur tekort is. Net als je de indruk hebt dat het niet nóg intenser kan worden, gooien de mannen er gewoon nog een schepje bovenop, met als resultaat dat je dankzij deze en alle klassebands hiervoor doodop bent, zonder een andere noemenswaardige inspanning te hebben geleverd dan staan, kijken, de dorst lessen en de ergste honger stillen met de rotzooi van Cafetaria Inkie’s tegenover Baroeg. Wát een dag, wát een dag.

The Great Old Ones

Setlist Kjeld:

  1. Gerlofs Donia
  2. Gjin ferjouwing
  3. Betsjoend
  4. Banier fan Frisia
  5. Wanskepsel
  6. Keningsein
  7. Ôfstan

Setlist Auðn:

  1. Veröld Hulin
  2. Lífvana jörd
  3. Haldreipi Hugans
  4. Prísund
  5. Feigð
  6. Landvættur
  7. Í Hálmstráið Held
  8. Þjáning heillar þjóðar

Foto’s:

Ruben Verheul (Wishful doing)

Datum en locatie:

11 november 2018, Baroeg, Rotterdam

Link:

Baroeg